Dit interview is met Caroline Petersen, een juf op de basisschool.

1. Wat voor beroep doet u?
   
   Ik ben lerares basisonderwijs en op dit moment coördinator voor de groepen 1-2. Ik ben dit jaar op een andere basisschool gaan werken.
   Vorig jaar was ik leerkracht voor de Kleuter+ groep( woordenschat /taalondersteuning), rugzak begeleider, leerkracht groep 1-2 voor 1 dag en assistent van de IB´er (interim begeleider)

2. Hoelang doet u dit beroep al?
   
   Vanaf 1984. Ik ben er ong. 5,5 jaar tussen uit geweest toen mijn kinderen klein waren.

3. Wat zijn uw taken in uw beroep?
   
   De kinderen in de klas te begeleiden naar het halen van de tussendoelen voor groep 1-2 en de gehele organisatie bij de groepen 1-2 door te nemen en goed organisatorisch op poten te zetten.

4. Waarom heeft uw voor dit beroep gekozen?
   
   Ik wilde iets met kinderen gaan doen. Mijn decaan kwam toen oa met het advies om de Kleuterleidster Opleidingsschool (KLOS) te gaan doen. Dat leek me heel leuk.

   
   

5. Met hoeveel collega's werkt u?
   15

6. Gaat u vaak met plezier naar uw werk of zijn er ook dagen dat u totaal geen zin heeft?

   Ik ga op deze en de vorige school met plezier naar school en vind het ook niet erg om er wat extra tijd in te stoppen.

   7. Wist u vroeger al snel wat u wilde worden?
   
   Ik denk het wel. Iets met kinderen wist ik al wat langer, dat het de KLOS zou worden is binnen een paar maanden besloten.

    

    

   8. Verdient het beroep goed?
   
   Ik ben tevreden met mijn salaris. Ten opzichte van een HBO-baan in het bedrijfsleven verdienen we minder. Hier komt ook de ideologie weer naar boven.

   9. Welke opleiding heeft u hiervoor gevolgd?
   
   Ik heb de KLOS gedaan, die duurde 3 jaar en daarna 1 jaar het edoka jaar dat was een extra jaar om ook bevoegd te worden voor groep 3 t/m 8. Tijdens mijn opleiding bestond de kleuterschool en de lagere school nog, deze was een paar jaar daarna opgegaan in de huidige basschool.

   10. Vind u dat er dingen anders kunnen op de werkvloer?
   
   Dat ben ik nu dus in het klein voor onze school aan het doen. Ook let ik op dingen die school breed beter kunnen en die geef ik ook door. Daar staan ze ook open voor. Er zijn collega´s die de Pabo of vroegere Pa hebben gedaan. Die weten een stuk minder over het werken met kleuters, daar moet veel meer scholing in komen. Daar zijn ze ook landelijk al een tijd over aan het lobby´en.

   11. Hoe ziet uw normale werkdag eruit?
   
   Ik ben uiterlijk een half uur voor de kinderen komen op school (8.00 uur). Je zet dan alles zoveel mogelijk klaar, even met de collega´s die geen plein dienst hebben koffie drinken, dan de tijd met de kinderen. Tussen de middag, opruimen, noteren, voorbereiden, eten. Dan weer de kinderen en daarna weer opruimen, noteren, voorbereiden en eventueel vergadering, gesprekken met ouders, overleg met collega´s, overleg met de peuterspeelzaal, met het managementteam, ed . Meestal ga ik rond 17.45 uur naar huis. Regelmatig moet je ook ´s avond naar school voor studiebijeenkomsten, inloop, gesprekken met ouders.

   12.Werkt u veel uren over?
   
   In het onderwijs spreek je niet van overwerken. Het valt onder je werk en je moet zelf je werk/privé in de gaten houden. Dat is ook het stukje ideologie waar ik het eerder over had.
   

   13. Wat had je verwacht van het beroep waar je nu in zit voordat je te werk ging?
   
   Ik had een algemeen beeld en ook dat van je eigen herinneringen. Ik vond het heel spannend om naar de eerste dag stage te gaan. Hoe reageren de kinderen op je, ed. Het viel reuze mee.

   14. Wat zijn de minder leuke dingen van uw werk?
   
   Dat er steeds meer bureaucratisch werk gedaan moet worden. Alles moet schriftelijk vastgelegd worden en er moet ook via toetsen gemeten worden. Vroeger was je voor 80% met de kinderen bezig , nu voor mijn gevoel 50% : 50%. Er is dus veel meer werkdruk gekomen.

   15. Wat vind u het moeilijkst aan uw beroep? Waarom juist dat?
   
   Om alles ook steeds schriftelijk goed bij te houden en om de ontwikkeling van ieder kind in de gaten te houden. Ook de kinderen die gedragsmatig niet zo goed meedraaien om die zo te kunnen begeleiden dat ze op de goede manier aangesproken worden en zo verder ontwikkelen zonder dat de andere kinderen daar veel last van ondervinden. Je eigen tijd goed kunnen bewaken, privé/werk. Er worden steeds meer dingen op het bordje van het onderwijs gelegd en dat moet allemaal binnen dezelfde tijd en met “grotere” groepen gebeuren. Lees hier ook met grotere ontwikkelingsniveau´s, minder uitstroom naar het speciaal onderwijs.
   

   16. Kunt u het goed vinden met uw collega's?
   
   Ja, ik kan het goed vinden met mijn collega´s.  Met sommige collega´s nog weer prettiger dan met anderen. Ook op mijn vorige school kon ik het goed vinden met al mijn collega´s. Dan is een overstap eigenlijk wel spannend.

   17, Heeft u het gevoel dat u nuttig bezig bent met u beroep?

   Ja, je helpt een nieuwe generatie verder. Goed onderwijs helpt de hele economie en zo ook de toekomst.

   18. Bepaalt u zelf wat u gaat doen op een dag of wordt dat voor u ingedeeld?
   
   Vergaderingen, studiedagen, schoolreis ed. worden aan het eind en begin van het schooljaar vastgelegd. De doelen die je moet bereiken staan ook vast. Methodes die gebruikt moeten worden staan ook vast. Verder de manier hoe je het aanbied mag je zelf doen. In groep 3-8 staat bijna alles vast via methodes. Dat is dus weer leuk in groep 1-2, je hebt veel eigen inbreng maar moet daardoor wel goed bekend zijn met de doelen.

   19. Heeft u er wel eens over nagedacht om een ander beroep uit te voeren? Zo ja, waarom?

Ja. Op een school waar ik een paar jaar geleden werkte was de sfeer tussen management en leerkrachten niet goed. Er was weinig vrijheid en er werd meer op de negatieve punten van de leerkrachten ingegaan dat op de talenten. Toen was ik wel aan het oriënteren in welk soort werk ik met mijn “ talenten” zou kunnen gaan werken. Op het moment dat ik op mijn vorige school kwam was de sfeer 100% anders en wist ik weer waarom het werken op een basisschool zo leuk was. 

6. 20. Is het zwaar werk?

   Het is een lichamelijk zwaar beroep in groep 1-2. Als je een slechte rug hebt zou ik het niet gaan doen.